zondag 25 april 2010

Prachtframboos

De prachtframboos is een zachtfruitsoort die behoort tot de Rozenfamilie (Rosaceae) en het geslacht Rubus.

De prachtframboos komt van nature voor in de bossen en langs de rivieren van de kuststreken van Alaska tot Noord-Californië. Ze vormen vaak op open plekken tussen Amerikaanse elzen (Alnus rubra) een dicht struikgewas. De oorspronkelijk uit Noord-Amerika afkomstige prachtframboos komt ook in Nederland voor in parken en buitenplaatsen, zij het dat de plant hier zeldzaam is. Deze framboos wordt ook aangeplant.

Teelt
De vaste plant heeft tweejarige stengels die 1 tot 2 meter lang kunnen worden en na de vruchtdracht afsterven. Nieuwe stengels ontstaan uit grondscheuten. De stengels zijn bezet met stekels en oudere stengels verkleuren oranje tot goudbruin. De van onderen groene bladeren zijn drietallig en hebben aan de voet van de bladsteel met de steel vergroeide steunblaadjes. De blaadjes zijn grof gezaagd tot veerspletig.

De prachtframboos bloeit van maart tot in mei met helderpaarsachtig rode, 2,5 tot 3 centimeter grote, geurende bloemen. De kroonbladeren zijn langer dan de kelk.
De twee keer zo grote vruchten als die van de framboos kunnen rood, geel, oranje of oranjerood zijn en goed rijpe vruchten worden plaatselijk gebruikt voor het maken van jam, snoepgoed, gelatinepudding en vruchtenwijn. De vruchten kunnen afhankelijk van de herkomst verschillend smaken van flauw tot zoet en zijn soms bitter. Voor de oorspronkelijk bevolking in Noord-Amerika zijn ze nog steeds een belangrijk voedsel.

Consumptie
De jonge scheuten kunnen gegeten worden als asperges.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten